behoedzaam spreidt ze
mijn witte zakdoek
schudt donkere korrels uit

sorteert met de scherpe naald
van haar gedachten,
naait het landschap vast
aan kale lapjes grond
met open mond

in beduimelde enveloppen
speldenknoppen hoop
die al vooruit dansen
in haar ogen

voor later gespaard
als het tijd is

om te groeien