het kruit
het kart
wat een geluid
voor een schaatsend hart

de koorts loopt op
nauwelijks bevroren
ijzers uit het vet
muts over oren

het glijdt
het krast
de vrieswind snijdt
kranten op de bast

de koorts neemt toe
knalrode wangen
een volk staat op
met ijskoud verlangen