Ik zit met gevouwen handen
te luisteren naar de preek.
Wel met zweet in mijn handen
zorgen over mijn hypotheek.
Daar was weer die blik van haar
een blik die ik niet kon weerstaan.
Haar ogen keken mij vorsend aan
gelukkig was meteen het amen daar.
Ik heb niets van de preek verstaan
de woorden zijn weggevlogen
voor mij vandaag totaal overbodig.
Bij de uitgang gaat ze voor mij staan.
De wereld vervaagt om mij heen
andere kerkgangers kijken even op
toch voel ik mij daar heel alleen
in mijn keel komt een dikke prop.
"Wacht op mij, ik moet je wat vragen,"
zwijgend knik ik en ga naar de zaal.
De minuten duren voor mij dagen
wat moet zij, wat weet zij allemaal.
Een koele hand haalt mij weer terug.
"Fijn dat je op mij hebt gewacht vandaag.
Ik preekte volgens mij tegen jouw rug
Het voelde voor mij als een nederlaag."
Ik was inderdaad met mijn gedachten
de kerk uitgeweest naar een kruispunt
waar ik bij een brug stond te wachten
maar ook daar was steeds het knelpunt.
"De hypotheek is nog niet helemaal rond
dat onderwerp vormt voor mij een knelpunt.
Vandaag ging God naar de achtergrond
en was de brug voor mij een uitkijkpunt."
"Lieve jongen, vandaag gaan we uitwaaien.
We gaan naar het strand, even alles vergeten"
Ik kijk haar niet aan, alles begint te draaien
alles voelt klam en ik begin overal te zweten.
"Gaat het, moet ik helpen?" vraagt de organist.
Hij kijkt mij aan en gaat naast mij zitten
Zou hij ook alles weten of heb ik mij vergist.
Op het ogenblik zit mijn leven vol met klitten.
Met ons drieen lopen we over het strand.
Ik stort mijn hart uit en praat, en praat,
wat is er toch met mij aan de hand.
Zo weet ik zeker dat het verkeerd gaat.
"Praat maar jongen, gooi het van je af
elk woord brengt weer lucht in je leven."
Nu zie ik dat er twee mij een arm geven
het voelt prettig aan, niet als een straf.
We drinken koffie in strandtent negen.
Ik voel me moe en leeg, zie de zee.
Nu mijn hart rust, word ik verlegen
waarom gingen die twee met mij mee?
"Hij heeft weer kleur op zijn wangen,"
hoor ik de organist naast mij praten.
"Zijn hart en geest zijn te zwaar behangen
deze man mogen wij niet aan zijn lot overlaten."
Nu besef ik pas dat de kerk uit mensen bestaat
die niet alleen in God, maar ook in mensen geloven.
Ja, nu weet ik zeker dat geen mens alleen staat
Er komt hulp van beneden via de grote Helper boven.
Loop niet te lang door met je problemen in het leven.
Bidden helpt altijd, dat mag een mens niet vergeten.
De hulp van God zal aan ieder mens worden gegeven
er moet wel eerst door de zure appel worden gebeten.
Hulp van Hem komt op je weg, dus je moet het zien.
Zijn hulp vragen is een begin, dan begint pas je werk
soms zijn al je problemen niet meer te over zien
luister dan eens goed naar de preek in een kerk.
Dan weet je pas echt dat je niet alleen bent in het leven
Niet echt alleen
- Details
- Geschreven door: Eijbergen, Klaas van | overleden 18-4-2016
- Categorie: Bewogenheid
- Hits: 2929
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.