O God!
 
U stilt de storm, U schept de wereld door Uw kracht..
U hebt het licht en ook het duister voortgebracht..
U spreekt slechts en het is er; of 't zwijgt stil..
Echt alles luistert naar Uw heilige wil..
 
Een volk in de woestijn wordt door Uw hand gevoed..
Een ezelin spreekt mensentaal wanneer Gij zegt 'het moet..'
Een braambos brandt maar het wordt niet verteerd..
De zee blijft staan waar zich Uw Almacht keert..
 
Het offer, door Uw hemelvuur ontstoken,
Begint vol stil ontzag voor Uw gezicht te roken..
De raven halen op uw wenk te eten;
Zo wordt Uw knecht Elia niet vergeten..
 
Eén onweer doet de wrevele vijand vluchten;
Hoe lang het volk ook onder 't zwaard moest zuchten..
U haalt Uw knecht Elia heerlijk thuis..
De muur van Jericho valt op Uw wenk in gruis..
 
Hoe wonderlijk wordt Mozes eens geleid Heer, door uw macht..
En Jozef; hoe hij zucht ook in de diepe, donkere nacht..
Een vis slokt Jona op, en brengt hem weer aan land..
U schrijft in Babel zelf Uw oordeel aan de wand..
 
En David, wat een wonderlijke wegen moet hij gaan..
En toch, o God, het woord van Uw belofte blijft er staan!
Laat geen verdriet ons bevend hart verteren..
Richt onze blik op U God, die eeuwig zal regeren!
 
U breekt het brood en 't voedt zo vele monden..
U leidt een mens, door Legio gevonden,
Vanuit het duister tot Uw heerlijk Rijk..
Wie is, o God, wie is aan U gelijk?
 
U velt o God, terneer wat godloos rebelleert..
U zegent hem die 't al van U alleen begeert..
U velt een Saulus neer en grijpt hem aan,
Zodat hij voortaan in Uw weg moet gaan..
 
U geeft Aäron bloesem op zijn dorre staf..
U wekt Uw vriend op uit het koude, kille graf..
U reinigt; wat melaats is wordt weer rein..
Wie in het tolhuis zit wil nu Uw dienaar zijn..
 
Verlamd, of blind, of doof, Heer op Uw machtig woord..
Het loopt en huppelt, spreekt en ziet en hoort..
Uw almacht stelt U Heer, geen paal of perk;
Al wat gebeurt is Uwer handen werk..
 
Uw Zoon werd eens geboren uit een maagd,
Hij sterft en staat weer op wanneer het U behaagt,
En vaart ten hemel tot Uw hoge troon,
Waar Hij Zijn kerk vergadert als Zijn loon..
 
U baant de weg waar ooit de grootste kloof eens viel..
Verbreekt het duister in een dorre ziel..
Hoe wonderlijk iets is; 't is in Uw macht..
U werkt het al door Uwe grote kracht..
 
O God!
 
Wat is mijn groot verdriet dan klein..
Mag het dan in Uw handen veilig zijn..