Een kind van drie vond het leuk aan
de wereldbol op zijn nachtkastje te draaien
een druk op de knop voor het licht en
gans de wereldbolkamer was verlicht
het waande zich in sprookjesland met
allemaal die landen in zijn kleine hand.

Al wat ouder boeide de globe
het grote kind zo niet meer
op de tast kwamen zijn vingers
telkens op een ander plekje aan
zonder dat hijzelf amper één stap
van zijn vaste slaapplaats kon gaan.

- Gekke wereldbol - dacht hij
jaren later - hoelang houd je het nog
vol rond je eigen as te draaien
steun op de Hoeksteen dan alleen
zul je het redden - en de inmiddels
gelovige man nam zijn gitaar
en maakte er zijn lijfliedje van.