Kunnen wij tevreden
hier beneden
leven onder satans kwaad,
gehaat door velen?
Men treurt om wat er hier gebeurt,
om duizend onrechtmatigheden
en ieder gaat zijn ongekende gang.

Wees maar niet bang
mijn kind, ik heb je toch beloofd
om nooit ver weg te gaan,
laat staan
dat ik je in de steek zou laten.
Míjn ogen houden in de gaten
dat duivels spel van mijn en dijn;
er is genoeg om van te leven
en voor een ieder vriend te zijn,
iets van jezelf te geven.

Zeg nooit meer oog om oog
en tand om tand;
een mensenleven zit mij hemels hoog,
ik heb verdriet om ieder die míj ooit bedroog,
zou ik dan liegen
en mijn kind bedriegen?
Kijk, boven staat de regenboog!

Niek van der Hoest
13 augustus 2005