er was een hof in het oosten, de Hof van Eden
met bomen, struiken, bloemen, vruchten, en fonteinen
met een boom van kennis, met een boom van het leven,
met dieren, met het mensenpaar Adam en Eva
zie, naar de Schrift verhaalt, wie daar kwam aangegleden
verbannen van de berg der goden, hij en de zijnen
met geen ander doel dan God’s schepping te doen sneven
de mensheid verloren doen gaan, dat jaagde hij na
wat konden Adam en Eva zich nog meer wensen
dan zij hadden en waren in de Hof van Eden
weinig minder dan de engelen bekleed met eer
rentmeester zijn in de Hof om die te beheren
de Eeuwige wilde zo omgaan met Zijn mensen
de vrucht van de levensboom voor een eeuwig heden
met blijdschap Hem rekenschap geven van hun beheer
als Zijn beminden omgaan met de Heer der Heeren
waarom wilden zij naar de slang met zijn gif horen
er was niets te winnen, wel alles te verliezen;
niet God boven alles en de naaste als zichzelf
maar het eigen ik, en de Heere gaan verlaten,
toen hebben zij zich door die slang laten bekoren
de Heere verlaten en voor de boze kiezen
dan is er geen plaats meer onder het hemelgewelf
als men zich schaart bij de boze en wie God haten
en dat was wat de boze juist wilde beogen
“ ten dage dat ge van die vrucht eet, zult ge sterven”
dan was het nu zover dat zulks zou gaan geschieden
dat God de mensheid en Zijn schepping moest vernielen;
God heeft van eeuwigheid een ander plan voor ogen:
Zijn schepping en Zijn kinderen Zijn heil doen erven
bij Hem doen wonen, in de hemelse gebieden
in Eden’s Hof, bij Hem, de Herder aller zielen
maar het was wel geschied, van de vrucht was gegeten
en door God was gezegd dat de dood dan zou volgen;
de slang keek honend rond, zulks zou nu gaan geschieden,
zo is het ook, echter, door die dood tilt God ons heen
op Moria heeft Hij voor ons de schuld gekweten,
de slang wordt nu zelf eeuwig door de dood verzwolgen
de schepping wordt herschapen, zo zal God gebieden
en zo worden hemel en aarde bij God weer één
want vόόr de Hof van Eden, was het reeds vastgelegd
dat de Heere voor alle schuld Zelf zou betalen
dat Hij Zijn schepping van eeuwigheid heeft liefgehad
en Hij alle dingen naar Zijn recht zal uitrichten,
zo heeft Hij Die is, Die was, Die zijn zal, het gezegd
Zijn Woorden, in de Schrift, doen ons dat blij verhalen:
ons wacht de Hof van Eden, zoals God voorzien had
bij Hem, Koning der Koningen, Vader der Lichten.
bij: Genesis 1 - 3, en Openbaring 21 - 22.
De wederoprichting der dingen
- Details
- Geschreven door: Jacobsen, Thomas
- Categorie: Bezinning
- Hits: 661
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.