Het stadion zat vol, de wedstrijd kon beginnen.
De wedstrijd van "het goed" tegen "het kwaad".
De spanning steeg, wie zou de wedstrijd winnen?
De vraag was wie er wie verslaat?
Publiek riep: "Jongens hup naar voren,
geef de tegenstander van katoen."
Wie die dag het meeste zou gaan scoren,
dat werd dan de nieuwe kampioen.
Maar de wedstrijd werd wel heel eenzijdig,
want "het goed" wint altijd van "het kwaad"
en het team "het kwaad" werd reuze nijdig.
dat het steeds zo gaat.

"Het goed" het beste team, nog nooit verslagen,
die jongens zitten altijd goed in 't vel.
De reden is dat zij elkaar verdragen,
nooit staat er een speler buitenspel.
Zo kan "het goed" dus eig'lijk nooit verliezen.
't Publiek dat staat ook altijd aan hun kant.
"Het kwaad" dat krijgt het steeds weer voor de kiezen
en schreeuwde heel de wedstrijd "moord en brand".
Zij begonnen ook nog vals te spelen,
de frustratie was ontzettend groot.
De scheids begon toen kaarten uit te delen
al "het kwaad" zag rood.

De scheidsrechter floot af, "het goed" dat had gewonnen.
De scheids leidde de match in goede baan.
"Het kwaad" dat reageerde onbezonnen.
"Het kwaad" dat zal "het goed" echt nooit verslaan.
Stel nou eens: De wedstrijd is het leven.
De teams "Het kwaad", "het goed" dat vormen wij
"Het kwaad" dat moeten wij geen ruimte geven,
dan spelen zij "het goed" heus nooit voorbij.
De scheidsrechter is God, Hij laat ons spelen
in een wedstrijd die Hij foutloos leidt.
Door Zijn rode kaarten uit te delen
ons van "het kwaad" bevrijdt.

U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.

Reacties mogelijk gemaakt door CComment