Het waait enorm, de herfststorm
heeft heel wat schade aangericht.
De tuinkabouter ligt gekapseisd
om hulp te kreunen, ik hoor
zijn bang piepstemmetje: “help help.”
Ik plaats hem steevast waar hij hoort.
Fezel hem poedersuiker toe op zijn hoofd,
als de takken niet meer bladeren zwiepen.
En beloof dat tegen Kerst, de hemel op
bezielde kaboutermensen zal zakken.
“Nog zolang wachten?” vraagt hij daarna.
Over dat laatste zinnetje, denk ik heel diep na.
2020 (fotootje op blog)
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.