Vol verlangen,
met blote voeten
door het zilte water gaan,
voortgedreven door de tijd,
eb en vloed negerend,
jezelf verliezen èn hervinden
tot je de oever bereikt
van je eigen ziel.

Bijna los van de aarde,
reikend naar de hemel
je schaduw loslaten,
in het vertrouwen dat alles, 
van goed tot kwaad, 
oplost 
in het Levend water.

Opspringend als een dolfijn
in een vreugdevolle dans,
jubelen
van eindeloze blijdschap.
Niet slechts voor een moment,
maar voor altijd
terug bij de Bron van ons leven.