Een keurige kiezer koos verkeerd.
Kieskeurig was hij niet.
Hij heeft de wereld zeer begeerd:
al wat de duivel biedt.
Ze hadden het hem wel verteld:
Het woord van God was waar!
Maar .... daarin had hij echt geen zin,
geen dorst of honger naar.

Hij liep zo lekker in een draf
het lage paadje af.
Het was verbazend, van 't begin:
de 'kick', die dat hem gaf.
Haast gulzig was hij, om te zien,
wat hij ontvangen zou.
Was het een wonderkracht misschien? ...
Een 'engel' .... goed en trouw?

't Occulte leven trok met kracht:
Een tafel, vol van spijs.
Hij schrokte al dat wit op zwart.
De kleuren werden grijs.
Hij spelde alle kranten uit.
Had hij nog iets verpatst?
Het kostte wel een flinke duit.
Dat zag hij later pas.

Gefascineerd door 't klatergoud
dat hem de satan gaf.
Hij merkte 't niet. Dra werd hij oud
en neigde naar het graf.
Zijn hart werd koud, de nachten vol
van slapeloze angst.
Hij heeft de dood in 't oog geschouwd:
De duivel had zijn vangst.

Maar.... op een dag riep hij tot God:
'O, Heer, .... als U bestaat ....
Ontferm U, .... haast ben ik kapot.
O, God, .... o geef mij raad!'
God leidde hem naar Golgotha,
waar het lege kruis nog stond.
'Ik heb je lief!' klonk het vandaar,
slechts in drie letters: 'k-o-m!'

Hij heeft gehoord. Hij heeft verstaan:
Gods wonder van gena.
Dat trof hem diep ...... Hij is gegaan
met slechts twee letters: 'J-a!'

O, mensenkind, jou geldt dit woord:
Ga niet aan 't kruis voorbij!
Zorg, dat je vindt. Zorg, dat je hoort:
'Hier word je waarlijk vrij!'