Lieve God ik wil U graag vertellen waar ik mee zit,
het zit diep in mijn hart dit.
Als kind lag ik in bed en dacht ik na over de dood,
het voelt werkelijk als lood.
Kleine ruimtes daar word ik soms bang van,
en vooral het idee dat ik er niet meer uit kan.
Zo voelde het ook dat ik daar in een gesloten kist lag,
geen mens die mij meer hoorde of zag.
En ook in het graf zo diep,
niemand die naar mij omkijkt als ik riep.
En dat benauwt mij Heer God,
het is nou eenmaal ook mijn lot.
Eens zal ik ook de reis moeten gaan,
en hopelijk zullen er mensen om mij heen staan.
Ik weet ook wel dat het lichaam een omhulsel is,
wie gelooft dat het lichaam het enige is die heeft het dan goed mis.
Wat ik echter niet begrijpen kan is dat U een vrouw schonk aan de man,
voor deze man natuurlijk heel fijn maar wat was er de bedoeling van.
Dat er meer mensen zouden komen op deze aarde waarop zij  leven,
dat wilde U geven.
En juist Uw tweede geschapen mens die een appel van Uw heilige boom nam, ingefluisterd door de duivel deed ze dit en ook haar man nam en at,
als ze toch eens wisten wat voor consequenties dit voor hun had.
En dat heeft U ook aan hun onderwezen,
maar door hun verkeerde keuze moesten ze uit het paradijs wegwezen.
Door hun keuze was de mens niet ontsterfelijk meer,
en dat raakt mij best wel Heer.
Door een verkeerde keuze in hun leven,
moesten Adam en Eva heel veel mooie dingen opgeven.
Wat heb ik dan misdaan,
dat op een dag ook eindigt mijn bestaan?
Ik heb die keuze niet gemaakt o Heer,
en toch ga ik ook een keer.
Ook Uw Zoon moest Zijn leven met Zijn dood bekopen,
en met Zijn eigen kruis naar de berg toe lopen. 
Gestorven om mij van mijn zonden te bevrijden,
moest Hij lijden.
Mijn geloof hangt op sommige momenten in mijn leven als een dun touwtje dat ieder moment kan springen,
en toch voel ik regelmatig dat ik voor U wil zingen.
Ondanks mijn kwetsbare bestaan,
wil ik samen met U gaan.
En ik zal mijn aardse bezittingen direct verkopen en gaan wonen in een hutje op de hei,
als ik weer samen met mijn vrouw mag zijn want dat is o zo fijn.
En ben ik dan bang voor die ellendige dood,
ook al ben ik in levensnood?
Ondanks mijn zondige leven,
zult U Uw arm geven.
En samen zullen we door de rivier gaan,
totdat we aan de overkant staan.
En hopelijk zie ik mijn vrouw daar weer staan,
daarvoor zal ik op die laatste reis gaan.
In dit aardse leven hoop ik dat U mij nog tijd wilt geven, want mijn dochter is nog zo klein en ze moet nog groeien,
zodat ze ook voor U tot een mooie vlinder mag uitbloeien!
Ik beloof naar Uw wil te handelen,
en vol geloof de weg van mijn bestaan te bewandelen.
Ondanks mijn moeite en verdriet,
wil ik voor U zingen een prachtig lied!
Vol vertrouwen o Heer wil ik die weg inslaan,
als U belooft met mij mee te willen gaan.
Ik zal Raad geven en Mijn Licht over uw leven doen schijnen,
laat mijn moeiten en zorgen dan verdwijnen.
Laat Uw Heilige Geest in mijn hart komen o Heer,
en dat ik Uw en Zijn aanwezigheid mag voelen telkens weer!
Heer ik wil zo graag knielen voor Uw troon en U lof en eer bewijzen,
en uit het diepst van mijn hart U prijzen!
U geeft leven aan ieder die geloven wil,
geloof je niet dan is je leven werkelijk heel kil.
Geloven betekent niet dat we alles willen snappen hoe het allemaal zit,
maar vertrouwen hebben op onze rit.
Dan zal ik eens thuiskomen,
en dat is waar ik elke dag van wil dromen!