Met gebogen hoofd klop ik bij U aan
zie mij en mijn onmacht nu toch staan!
Nauwelijks is Uw deur opengegaan
of ik werp mijn ellende bij U naar binnen.
Mijn God! Als ik U was
dan zou ik met mij
niet weer opnieuw beginnen.
U gaf al zo vaak en zo veel
maakte keer op keer heel
maar onverzadigbaar blijf ik verzinnen.
De moeite die het me kost
om niet steeds te herhalen
wat ik U vroeg!
Want het is met samengebalde handen
ogen, die van ingehouden tranen branden
dat ik fluister:
Uw genade is mij genoeg!

Anke Pronk-Waterlander

Ingezonden 4 juli 2005