Ik word stil, als ik de bomen en bossen om me heen zie.

Ik word stil, als ik over het kabbelende water van het meer zie.

Ik word  stil, als ik vogels om me heen hoor fluiten.

Ik word stil, als ik kinderen, in alle vrijheid, zie spelen buiten.

Ik word stil, als ik de knoppen zie ontvouwen in mooie bloemen.

Ik word stil, als ik een pasgeboren baby in de armen van de moeder zie.

Ik word stil, als ik besef dat U dit allemaal hebt gemaakt.

Ik word pas echt stil, als ik me bedenk dat U van mij houdt zoals ik ben.

In deze momenten van stilte gaat mijn hart zingen van blijdschap.

Als ik stil ben, dan overspoelt mijn hart van dankbaarheid

Als ik stil ben, kom ik het dichtst bij u.


A.M.Knol-Hulleman 


14 december 2005


A.M.Knol-Hulleman