Wij zaten wenend aan Babel’s stromen
wij dachten aan de stad Jerusalem
citers kregen plaats aan wilgenbomen
wij zongen er niet, daar zweeg onze stem.

Zingt ons een van de liederen van Sion;
dat werd gevraagd,dat verzoek werd gedaan
door onze vijand die ons overwon
die de tempel van God in puin liet slaan.

Des Heeren lof zingen op vreemde grond?
in Sion zingen wij voor onze Heer
uit het hart, uit de ziel, met luide mond .

Hoe zou ik Jerusalem vergeten
waarvan God spreekt: De Stad die Ik begeer
toevlucht voor hen die naar Zijn Naam heten.

bij: Psalm 137