O Lam geslacht voor aard en mens
die voorspraak voor ons wil wezen
U opent de rol op Vaders wens
zodat de hemelen hem  kunnen lezen.

De ruiter op het paard die droeg de boog
glorie en zege werd hem toegezegd
hij was de winnaar waarvoor ieder boog
een zegekrans op zijn schouder gelegd.

De tweede ruiter bereed een vuurrood paard
zijn taak was vreselijk gelijk zijn krachten
hij moest met geweld en vlammend zwaard
vrede verdrijven tot allen elkaar afslachten.

Op een zwart paard een ruiter met de weegschaal
hij miniseerde al het voedsel op de aarde
het vruchtbare land werd overal dor en schraal
behalve voedsel was niets meer van waarde.

Op vaalgeel paard kwam toen de dood gereden
en dodenrijk was op zijn tocht metgezel
zijn kruistocht werd door God niet bestreden
door dood en verderf werd een vierde een hel.

En toen het Heilig Lam de vijfde zegel brak
herrezen de martelaren aan Zijn voeten
hoe vreselijk zal het zijn zo Hij sprak
zullen straks de godlasteraars boeten.

Bij breken van de zesde zegel beefde de aarde
zon bekleed in zwart gewaad de maan bloedrood
bergen vielen en een hemel die verderf baarde
ieder mens verborg zich in zijn grote nood.

Maar nog moet het zegel komen van onze God
het zegel dat iedere rechtvaardige zal behoeden
ieder die Hem zijn leven was toegedaan als lot
zal Hij door kruisteken tegen verdoemenis hoeden.