De liefde is geduldig
en vriendelijk.
maar Heer,
hoe vaak verlies ik tóch mijn geduld
en maak ik
met mijn woorden
of door mijn gedrag,
van alles stuk.
De liefde is niet jaloers,
vervalt niet in eigendunk of grootspraak.
Maar Heer,
hoe vaak gebeurt het me niet,
dat ik, zonder het vaak te beseffen,
me toch aan deze dingen
schuldig maak.
De liefde kwetst niemands gevoel
en zoekt zich zelf niet.
Maar Heer,
hoe vaak ontbreekt niet de Liefde
in mijn woorden of gedrag,
denk ik toch alleen maar aan mijzelf
en zie ik daardoor noch de pijn,
noch de ander zijn verdriet.
De liefde wordt niet verbitterd,
rekent het kwaad niet aan.
Maar heer,
hoe vaak bespeur ik (als ik heel eerlijk ben)
niet een spoor(tje) van bitterheid en boosheid
om wat mij is aangedaan
en is het liefhebben van hen
één van de moeilijkste dingen
van mijn bestaan.
De liefde verheugt zich niet over onrecht,
zij is blij met de waarheid.
Maar Heer,
hoe vaak gaan de gevolgen van onrecht
niet langs mij heen,
omdat het niet gericht is tegen mij,
en doet de waarheid mij soms zo'n pijn
dat ik in 't geheel niet blij kan zijn,
want ik ervaar alleen slechts strijd.
U zegt:
De liefde kan alles verdragen.
De liefde blijft geloven.
De liefde blijft hopen.
De liefde geeft nooit op.
Dan kniel in huilend neer
aan de voet van het kruis.
En smeek mijn geliefde Heer,
geef mij van Uw liefde,
geef mij, meer en meer.
Want van mijzelf
bezit ik zulk een liefde niet.
Schiet ik schromelijk te kort
en doe ik U en anderen daarmee
onnodig veel verdriet.
Vergeef mij, Here Jezus,
en doordrenk mij met Uw Geest.
Opdat eens in mijn leven,
de liefde zij het meest.
- Amen -
(1 Kor. 13:13)
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.