voor allen die rein van hart zijn
maar bijna was ik afgeweken
en zou ik uitgegleden zijn
ik zag de voorspoed van god’lozen
moeite en leed kennen zij niet
zetten een mond op tegen de hemel
en brengen geweld en verdriet
zij zeggen: hoe zou God het weten
is er wel wetenschap bij Hem?
als water slurpen zij onrecht in
als ik dat zie, dan klinkt mijn stem:
ik heb mijn hart wel rein gehouden
maar word de ganse dag geplaagd
bestraffing heb ik elke morgen
zodra het zonlicht al weer daagt
als ik zo deed, was ik afvallig
maar zo heb ik niet gehandeld
ik tob en kan het niet begrijpen
want ik heb zo niet gewandeld;
totdat ik lette op hun einde
hoe ze werden weggenomen
door U, de Heer van al het zijnde
ze zijn daar tot smaad gekomen
zeer verbitterd was mijn hart in mij
en geprikkeld in mijn nieren
maar ik was een grote dwaas voor U
redeloos zoals de dieren
nochtans zal ik altijd bij U zijn
Gij hebt mijn rechterhand gevat
Gij zult mij geleiden door Uw raad
en naar Sion leidt Gij mijn pad
Gij zult m’ in heerlijkheid opnemen
niets anders begeer ik op aard’
wie anders dan U in de hemel
is mij tijd en eeuwigheid waard?
en ook al zou mijn vlees en mijn hart
hier op aarde gaan bezwijken
mijn rots en mijn erfdeel, Heer, zijt Gij
want Gij zult van mij niet wijken
ieder die zich verre van U houdt
die zal geheel te gronde gaan
en ieder die U zou verlaten
komt voor hetzelfde lot te staan
maar mij is het goed bij God te zijn
Hij is mijn toevlucht in ’t leven
ik zal Zijn Godd’lijk hand’len roemen
eeuwig dank en lof Hem geven
bij : Psalm 73 een psalm van Asaf
-