Zij is zo oogverblindend schoon
als een blanke lelie in het veld
mooier is haar glans als zirkoon
elke moment sta ik van haar versteld.

Als appelboom wil ik voor haar zijn
tussen de bomen in het bos
mijn vrucht zal haar smaken als wijn
als wij daar neerliggen in het mos.

Most van mijn vrucht zal haar sterken
zodat geen ziekte of pijn haar treft
mijn liefde en hartstocht zal zij bemerken
als zij haar liefdevolle blik naar mij heft.

Als een gazelle wil ik tot haar komen,
een jong hert, springend door berg en dal,
zolang heb ik van haar lopen dromen
waar ik ooit mijn lief eens vinden zal.

Sta op mijn mooiste, mijn beminde,
geniet van warme zonnestraal
luister naar koeren in de tamarinde
deze zomer is een warm onthaal.

Ze is als een lelie zo schoon is haar figuur
haar haren glanzend en zacht als fluweel
de blik uit haar ogen zo lieflijk en puur
de oogappel van mijn hart is zij geheel.