Pinksterfeest
— uitstorting van de Heilige Geest —
 
Zij waren in eendracht vergaderd
— de dag van het feest was genaderd —
toen is het gebeurd
de hemel verscheurd’
’t geluid was een wind die hard buldert
 
Een vuur was op ieders hoofd zichtbaar
De Geest was door tekens zo merkbaar
Hij heeft hen vervuld
zodat werd onthuld:
Gods woord was voor ieder verstaanbaar
 
Zij hadden geen taalles gekregen;
om woorden was niemand verlegen.
In allerlei taal
hoord’ men het verhaal
Gods werk, o zo groot, klonk hen tegen.
 
Ontzetting vervulde de schare.
Men wilde vol twijfel verklaren:
‘Wat wil toch dit zijn?’
‘Of zijn zij vol wijn?’
Zo maakten ook spotters bezwaren.
 
  
Handelingen 2:1-13