Geniet van Gods natuur : Zijn 'lentezoen'
van gouden zon in een azuren lucht,
het wonder van een vogel in zijn vlucht,
een berglandschap, een beekje, dennegroen,

een vlinder teer die neerstrijkt op je schoen,
een rijke kleurenboog hoog in de lucht,
een kersenboom vol rijpe zoete vrucht ...,
genieten stelt God nimmer op rantsoen.

Ook God genoot toen Hij Zijn schepping schiep,
Zijn eeuw'ge vreugde kan Hij niet bedwingen,
het schoon dat God vol pracht in 't leven riep,

daar wenst Hij blijde ons van te doordringen.
Van bergen hoog tot aan de zeeën diep,
genieten doet elk hart als 't Zijne zingen.