o, wat ben ik blij met mijn leven
ja, ik ben gezegend met mijn lot
ik word niet op de vlucht gedreven
ik woon godzijdank niet in een krot

'k hoef niet op een houtje te bijten
ik maak me geen zorgen voor morgen
al kan ik met mijn geld niet smijten
ik weet me veilig en geborgen

ik heb alle vrijheid van spreken
zo mag ik gaan en staan waar ik wil
zonder dat iemand zich wil wreken
of mij de mond snoert tegen mijn wil

het staat mij vrij elk boek te lezen
ook mag ik elk geloof belijden
'k hoef niet voor mijn leven te vrezen
ik ben ten zeerste te benijden

elke dag zal ik aandacht schenken
aan hen die niet zo fortuinlijk zijn
getrouw wil ik dit feit gedenken
God in mijn gebeden dankbaar zijn