Zonder Uw motivatie, Heer,
zag ik het niet meer zitten.
Opstaan en weer slapen gaan,
uitzichtloos en koud.
Nooit een einde zou er zijn,
alles bleef een drama.
Als zo mijn levensweg zou zijn,
wilde ik niet meer.

U gaf mij een vergezicht,
door geen horizon te remmen.
Onnoembaar in een fraai gedicht,
door niets te overstemmen.
Mag ik uitzien naar ’t moment
dat de einder zal vervallen
als U de Eindeloze bent…
trompetten zullen schallen!