Vergeefs bouwen we aan ons aardse huis
als de Heer niet is als vriend, hier thuis.
De wachter staat vergeefs als wachter op de wal
als de Heer de stad niet meer bewaren zal.

Vroeg opstaan, laat gaan slapen geeft geen rust
als ons zwoegen niet des Heilands voeten kust.
Wanneer wij jakkeren en eindeloos jagen
zal God ons niet in Hem gerust laten slapen.

De Heer wil ons in goedheid met zijn liefde belonen
als vrucht van de schoot de grote sterke zonen.
Hij geeft geloof als wij als eerste naar Hém vragen
en niet naar rijkdom, aardse vreugde jagen.

Gelukkig wiens vreugde is geloof te delen,
beschaamd laat staan de mens die als zo velen
slechts jagen  naar gewin en roem en eer:
Mijn hart en ziel, verheug u enkel in de Heer.