God, al wat kracht en sterkte is in mij
bent U; Een steenrots en een vesting.
U hebt gemaakt dat niet het kwade mij
Verwondde en vernielde, richtte mij te gronde.
Nu leg ik mij neer met hart en ziel
En geef geheel mij in U over.

Om mededogen bid ik als boosheid mij belaagt,
om licht als ziekte mij toto duister plaagt,
om hemel als de aarde mij tot aan de dood omknelt
Wees mij een burcht, een onverwrikb're held.

Breek uit mij leven weg de haat en het venijn
van allen die mij leugenlippen zijn.
neem uit mijn hart de vele dwaze vragen,
doe over mij de nieuwe hemel op deez' aarde dagen.

U wil 'k vertouwen God, hoor mij gebeden
doe mij mijn zonde weg uit mijn verleden
en stel mij boven al wat mij benauwt:
U bent de weg tot eeuwig heil en tot behoud.

U bent de rijkdom van mijn hart, mijn Redder
uw weg mijn God kan 'k verder leven,
ook als ik dacht dat u mijn naam had uitgewist.
U hoorde wel, ook als ik u niet wilde kennen
Daarom wil 'k overal uw eer vermelden
totdat Uw koninkrijk de wereld is.

Al wie God zoekt, Hij laat u door zich vinden
en maakt U tot zijn volk, Zijn teerbeminden.
Al wie wegtrekt uit d' onrust van zijn eigen keuze,
maakt d' eer van God, zijn liefde, tot zijn keuze.
Frans den Harder
3 december 2005