Heer, ik bid U voor iemand, die pijn heeft,
voor iemand, met zorg en verdriet.
God, ik bid U voor iemand, die zelf niet bidt,
omdat hij te diep in de nesten zit.
Heer, ik bid U voor iemand, die nood heeft,
voor iemand, die ’t licht niet meer ziet,
die van U niet meer weet,
één, die iedereen vergeet.
Heer, ik bid U voor een mens met veel verdriet
O, heb dank ervoor Heer God, dat U hem ziet!

Heer, ik bid U voor iemand met angsten,
voor iemand, die niet vluchten kan.
Heer, ik bid voor een mens, die wanhopig is.
God, ik bid U voor iemand, die tederheid mist.
Heer, ik bid U voor iemand met zielenpijn
prijs gegeven aan diepe eenzaamheid.
Voor een weggeworpen mens,
voor een afgewezen mens.
Vader God, toch bent U daar, U, die het ziet,
juist die ene mens, met dat intens verdriet.

Heer, ik bid U voor een iemand in lijden,
ten prooi aan veel onrechtvaardigheid.
Heer, ik bid U voor één, die gevangen is
in boeien van leed en van duisternis.
Heer, ik bid u voor iemand in banden,
met handen in ketenen gevat.
Eén, door niemand meer verwacht,
als verloren in de nacht.
Schenk Uw troost Heer, aan die mens, die niemand ziet.
God, ik bid U voor een mens met veel verdriet.

Vader God, ik bid U voor een geknechte,
overweldigd, gepest, 'overruled',
één, die op is, die niet terug kan vechten.
U alleen Jezus weet, hoe dat voelt.
Heer ik smeek U voor de uitgetelden,
neergevelden, veracht en vervloekt.
God, Uw liefde, die de wereld nooit meldde
is naar al die verdrukten op zoek!