Ik sla mij ogen op naar Hem,
van waar wij komen en waar wij heen mogen gaan,
Maar kan niet kijken in zijn ogen,
zonder mij ogen neer te slaan.
van waar wij komen en waar wij heen mogen gaan,
Maar kan niet kijken in zijn ogen,
zonder mij ogen neer te slaan.
Gelukkig staat er tussen die Grote God,
en zijn ontzaglijk licht.
Zijn zoon met een menselijk gezicht,
mij aankijkt, ook al heb ik mij ogen dicht.
en zijn ontzaglijk licht.
Zijn zoon met een menselijk gezicht,
mij aankijkt, ook al heb ik mij ogen dicht.
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.