Heer, ik had U zo graag even willen spreken
toen U hier op aarde was
want nu, eeuwen later, is gebleken
al Uw woorden vergeten wij zo ras.
 
Heer, U sprak zo wonderlijk over beminnen,
over onuitputtelijke liefde voor iedereen
maar Heer, hoe zouden wij daaraan beginnen
met onze harte, koud als steen.
 
Heer, wij willen heus wel elkaar helpen,
maar zie toch alle ellende en pijn
kunt U niet even onze wonden stelpen
kunt U niet even weer hier op aarde zijn?
 
Misschien, Heer, kunt U een wondertje verrichten,
een kleintje maar, dat alle mensen houden van elkaar
en elkaars pijn en druk verlichten
Heer, als ’t even kan, maak dat toch waar.