Heer, wij hopen op een wonder,
Voor de zieken in 't bijzonder.
Daar, waar pillen niet meer baten,
Gebed niet verder reikt dan praten,

Voelen w' ons zo machteloos,
Reddeloos en redeloos,
Omdat wij Uw reactie missen,
Naar Uw almacht moeten gissen.

Toch weten wij, dat U het ziet,
Ons lijden, angst en ons verdriet.
Waarom, waarom is steeds de vraag.
Geef antwoord Heer, liefst nog vandaag.

Wij staan soms met een mond vol tanden,
En vaak met lege handen,
Als men ons vraagt, waar blijft jouw God,
Klinkt er een ondertoon van spot.

Wij blijven 't antwoord hierop schuldig,
En wachten, soms wat ongeduldig,
Op de tijd, dat aller ogen opengaan,
Bij de schepping van een nieuw bestaan.