O God, laat mij zijn
nederig en klein.
Moet ik mijzelf nog
zó nodig bewijzen,
dan zal al ’t groen van
Uw Geest dra vergrijzen.
Heer, houd mij rein,
nederig en klein.
 
God, ik maak U groot!
Dwars door de dood
van ’t oude leven
wil ik U geven,
wat ik moet zijn:
Nederig en klein.
 
Heer zend m’ Uw Geest:
Veel, meer, meest!
Dat ik vervuld van
Uw goedheid en zegen
leef uit de Bron,
ons door Jezus gegeven.
Geef, dat Uw zonnig
licht door mij schijn,
maak mij zachtmoedig Heer,
nederig en klein.