eerst was je een verre droom
toen kwam je in ons midden
je werd ons groot geluk
zo’n schatje te bezitten
niets is zo kostbaar op d' aard’
als een kindje te wiegen aan de haard
de vrucht van onze liefde
door God aan ons gegeven
mag opgroeien aan ons hart
gezegend met Zijn Goddelijke kracht