Zien wij dan geen licht,
waarheen zullen wij wenden
zoekend Uw aangezicht
die wij vanaf de beginne kenden
die ons omgeeft met genade
met liefde en zorg
behoedt voor val en het kwade
stond door Uw dood voor ons borg.
 
U zendt het licht waarin wij leven,
warmte door straling  van Uw zon
hebt de aard tot erfdeel gegeven
schoon als paradijs waar ’t eens begon
’t geluk mogen we hier vinden
volgend Uw steunend woord
in vrede leven met onze vrinden
door Uw liefdesvoorbeeld aangespoord.