Ik bouw aan mijn leven
met de hulp van God.
Hij zal mij ruimte geven
als ik leef naar Zijn gebod.
Dat bouwen doe ik al zingend
maar soms klinkt het mat
Toch is God nooit dwingend
zo word ik het bouwen niet zat.

Soms stormt het in mijn leven
zie ik niet de beken en de dalen,
loop ik over de verkeerde dreven,
merk niet dat ik ben aan het dwalen.
Dan zie ik een kruis uit de mist gerezen
zomaar tussen het bedauwde groen.
Zo heeft God mij de weg gewezen
nu weet ik weer wat ik moet doen.

Een levenshuis bouw ik niet alleen.
Ik bouw het met God en Zijn Zoon.
Dat levenshuis is ook niet steen,
nee, het zijn de tranen van mijn hart.