Ik zat al vele jaren op mijn troon,                                                                                            
dat vond ik zo gewoon,
Er kwam een Man voorbij
Hij zei:”Geef je troon aan mij.”
 
We zaten er samen over te praten,
langzaam kreeg ik in de gaten
niet mijn eigen ik vooraan
maar Jezus die voor mij is opgestaan.
 
Ik heb nu plaats gemaakt,
die Man had mij diep geraakt.
Koning Jezus zit nu op mijn troon,
mijn Redder, Verlosser, Gods Zoon.
 
Ik mag mijn Koning Jezus volgen,
Hij is er van avond tot morgen,
ik mag weten elke nacht,
houdt Hij over mij de wacht.