Waar 't hart vervuld van is, komt wis eruit,
de mond vloeit ervan over, zegt 't gezegde.
Hetgeen men in het hart geregeld legde,
graag aandacht gaf, wordt op een dag geuit,

een aandrang die diep binnenin ontspruit.
Het is of men heel stil de bodem egde,
er zachtjes zaadjes langzaamaan in legde,
die, naar het licht zich richtend, spruiten uit.

Al wat men aandacht geeft, groeit mettertijd,
gestaag gevoed geldt dit voor alle zaken,
de goede en de slechte, nijverheid

voor élke bezigheid zal aanwas maken.
Laat ons het Licht bereiden plaats en tijd,
Hem ons voornaamste punt van aandacht maken.