Ik heb een mens zien luisteren
die niets kan horen.
Hij luistert met zijn hart,
niet met zijn dove oren.

Aan hem kan ik alles vertellen,
ik zie dat hij weet wat ik zeg.
Hij kan niet normaal horen
toch zijn mijn woorden onderweg.

Ik zie die dag een bloem bloeien
bij een mens die mijn naaste is.
Door zijn leven schijnt de zon
zijn doofheid lijkt geen gemis.

Hij is een schepsel van God
die ik vandaag moest ontmoeten.
Met zijn ogen kan hij veel horen
zo kunnen wij elkaar begroeten.

Samen bidden wij tot onze Schepper
die voor ons allebei een taak heeft.
Voor niemand staat het leven stil
wees blij wat God jou dagelijks geeft.

De bloem die ik nu zie bloeien
krijgt dagelijks water uit Zijn bron.
Zo’n bloem groeit in elk mens
ook als zijn leven moeilijk begon.