“Jij verdient wel een plekje in de hemel,
ik zal wel een briefje voor je schrijven”.
Fijn om te horen en misschien denk
je wel dat ze een beetje overdrijven.
 
Maar ook fijn om te horen dat men
zo zijn dankbaarheid toont,
al was wat jij voor hem deed
voor jou heel  gewoon.
 
Zou ik echt gelukkig zijn om zo
de hemel in te mogen gaan,
omdat al mijn goede werken
op de briefjes staan?
 
Zou ik dan de zekerheid hebben,
ik heb nu genoeg briefjes bij elkaar,
nu mag ik het weten, er staat een
stoel in de hemel voor mij klaar.
 
Ik mag zeker weten dat ik eenmaal
de hemel mag binnengaan,
Hij heeft voor mij geleden,
gestorven en ook weer opgestaan.