Zeg, ken jij God, die in zes dagen
de hemel en de aarde schiep.
Weet je, dat diezelfde Schepper
alles daarop tot aanzijn riep.
 
Wil je geloven dat het me duizelt
als ik aan Zijn almacht denk.
Wie kan zo’n Schepper evenaren
die spreekt en ‘t is er op één wenk.
 
Heb je gehoord dat Hij de mensen
zonder zonden heeft gemaakt.
En weet je, dat diezelfde mensen
heel ver bij hem zijn weggeraakt.
 
Snap je, dat die God en Schepper
toch verder wilde met de mens.
Dat Hij uit liefde zelfs Zijn Zoon gaf
die toen voldeed aan Vaders wens.
 
Kun jij geloven hoe een Koning
zoveel kan houden van een volk.
Oprecht vergeeft, terwijl ze hem haten
Begrijp je dat, zó ’n bedelaarsvolk.
 
Wordt het geen tijd dat wij die God,
die in Zijn Zoon verlossing bracht
vertrouwen, liefhebben en vol vreugde
geven waar Hij al zolang op wacht.