in de glans van Uw Naam,
een brandend riet,
meer niet.
Elk welklinkend woord
stoort.
Slechts zijn
een ziel voor Uw Aanschijn :
hout,
dat z'n handen vouwt
en brandt
aan de binnenkant
want
U bent de zon, ik de plant,
U, de Bron, ik dorstig land.
U overwon, ik sta in brand.
U bent, en ik ?
ik aanbid.

Lieve Steenberghs

ingezonden 28 maart 2005