Vulkanen barsten open, een fel verwoestend vuur,
o God, is dit mijn laatste uur?
De hemel wordt verduisterd door een dodelijke vlam,
was dit uw lieve aarde dan?

"Mijn toorn is groot, je luistert niet,
de schepping kreunt vanuit haar voegen,
de mensheid lijdt onnoemelijk verdriet
om al die doden die genade vroegen.

Je oorlogen zijn mij een gruwelangst,
je dove oor maakt mijn geteisterd hart het bangst.
Het schreien van een kind gaat mij door merg en been,
is dan jouw hart zo hard als steen?

Zie je dan niet dat stomgeslagen offerlam,
geschenk aan deze bloeddoordrenkte aarde,
een lichtend licht, een nieuwe klare vlam,
die woestenij herschept tot paradijselijke gaarde?"

Dan mag een mensenkind weer verder gaan,
vertrouwende op zijn vertroostend woord,
verbonden met de Heer, een vast en veilig koord,
een sterke rots, een veilig huis, een nieuw bestaan!

Niek van der Hoest


13 december 2005