Toen je wist dat je ging sterven
was je hart nog niet bereid.
De hemel die je mocht beërven
bracht een innerlijke strijd
zo diep, zo groot, zo zielsberoerend
dat je geen woorden vinden kon
die jou uit je angsten konden voeren.
Je was zo innerlijk verwond.

Toen bracht God leven in je lijden; 
een vriend, een broeder in de pijn.
Hij sprak van hoop, van de Bevrijder,
maar wilde eerst er voor jou zijn.

Zo vond je genade in Gods ogen
vrede, goedheid, eind'loos groot
Om Hem dankend te verhogen.
Hij die sterker is dan de dood.
Hij bracht in jou Zijn nieuwe leven.
Hij bracht jou in Zijn heerlijkheid.
Genade heeft jou leren vergeven
en vergaf jou tot in eeuwigheid.