Hij is mijn vaste rots,mijn burcht,
`k zal met Hem staande blijven.
De satan is voor Hem beducht,
zal daar door steeds verstijven
van angst voor Hem omdat,
hij liefdeloos vergat,
dat als je tot Hem bidt,
je steeds weer overwint.
Want Hij verlost de Zijnen.


Melodie: Een vaste burcht is onze God.
Lbvk: 401