Morgen is het weer een dag,
dat ik aan het Avondmaal mag.

Nemen van het brood en de wijn,
aan de tafel met U samen zijn.

Dankbaar dat ik bij U mag horen,
U kende mij voordat ik werd geboren.

Onderweg naar een nieuw leven,
U wilt mij hiervoor de kracht geven.

Eenmaal kom ik in de hemel aan,
waar het bruiloftsmaal klaar zal staan.