U heeft plezier
in mij
een mensen kind
 
U die mij uitdacht
maakte
en mij adem gaf
U riep verrukt
het is uitmuntend
wat Ik doe
 
U zong een lied
van liefde
diepe vriendschap
U wandelde
met mij
van dag tot dag
 
een breuk
ontstaan door
ongehoorzaamheid
maakte een einde aan
de diepe vriendschap
 
de eeuwen gaan voorbij
maar U
bent niet vergeten
wat uw belofte was
eens zou U
deze vriendschap
weer herstellen
 
tweeduizend jaar geleden
vervulde U
de toezegging die U eens gaf
roept U
de Mensenzoon tot leven
geboren in een stal
 
en in zijn tijd
op aarde
herstelde Hij
die oude liefdes band
zegt Hij
Ik noem je vrienden
 
zingt Hij opnieuw
zijn liefdeslied
van diepe vriendschap



 

‘. . . de Heer, zal over je juichen van blijdschap, opnieuw zijn liefde aan je tonen en uitgelaten van vreugde zijn.’  -  Sef.3:17

‘. . . vrienden noem Ik jullie, omdat Ik alles wat Ik van de Vader heb gehoord, aan jullie bekendgemaakt heb' Joh.15:14