Een venster in de hemel ging open,
engelen daalden neer,
even een stukje hemel op aarde,
maar….allen keerden weer.
Het venster ging weer dicht,
op aarde was het nacht,
liet God ons nu alleen,
was dit wat werd verwacht?
Blijft de hemel nu gesloten,
waar moeten wij dan heen,
woont God alleen maar boven
en wij beneden, hier alleen?
Al sloot God dan een venster,
Hij opende een deur,
Jezus kwam op aarde,
een kribbe….een kruis,
voor mensen een plaats in ’t Vaderhuis.
Zijn Zoon is voor ons de Deur,
die Deur staat altijd open,
weet, God laat ons niet alleen,
wij mogen bij Hem binnenlopen.
Kerst 1998
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.