het verlangen groeit
naar dit nieuwe leven
in gedachten koestert ze
wat in haar is verweven

een geschenk van liefde
zo gewenst, gewild
in haar ogen komt een glans
hartverwarmend mild

ze weet zich uitverkoren
en ongelooflijk rijk
soms wil ze keihard roepen:
ik draag een kindje, kijk !

wat duurt het wachten lang
haar buik is nog zo plat
en geregeld holt ze weg
zo beroerd als wat

slanke handen strelen
de lijnen van een schoot
vouwen zich te samen
haar dankbaarheid is groot

ondanks vele vragen
weet zij zich onbevlekt
ze hoeft zich niet te schamen
voor ’t kind dat is verwekt

en echt, het is een wonder
geen speling van het lot
er is geen kind zo welkom
als dit geschenk van God