Er straalt een Ster aan de Hemel,
en hij schijnt zo schoon in de nacht.
Ster tussen 't sterrengewemel,
vol gloed en schitterende pracht.

Wijzen volgden die schone Ster,
een Goddelijk kind geboren.
Die Gods vrede op aarde bracht,
een wereld in schuld verloren.

Kom, laten wij Hem aanbidden,
die Koning zonder pracht en praal.
Gods Zoon wil zijn in ons midden,
Christus kwam voor ons allemaal.