daar zitten ze
een grote fles
beslist geen koude thee
doet in de kring zijn ronde
van hand tot hand
en mond tot mond
indrinken
in de trein
op weg naar . . .
valse vreugde
vrede
van het ogenblik
 
ze leven
in een maatschappij
die als een titanic
dreigt weg te zinken
te verstikken
in de modder
van verdorvenheid
volgzaam
volgen ze elkaar
verdrinkend leegheid
waarin zij wakker worden
met een kater
 
maar midden
in de troep
van onze wereld
staat daar
de Mensenzoon
geboren in een stal
gestorven aan een kruis
voor al ons falen
verrezen uit de dood
met uitgestoken handen
en zegt kom …
volg Mij