Wie geven wij onderdak?

Er wordt geklopt,
normaal in deze maand,
niemand in de zak gestopt
hooguit iemand vermaand.
 
Ons hart klopt rapper,
bij het horen van de bel
wij houden ons dapper
maar weten het eigenlijk wel.
 
Daar staat een zwerver voor de deur
en vraagt of hij mag overnachten
wij stellen hem teleur.
Wat zou hij anders ook verwachten?
 
Dan lezen wij gezellig zoals hoort
het evangelie van het Kind,
vanuit het aloude woord,
dat slechts een schamele kribbe vindt.
 
Eens heeft Jezus ons gezegd
“Wat u doet aan mijn zwakste vrind,
in liefde en in recht
dat heeft u ook aan Mij gedaan, Mijn kind".
 
Wie was die arme zwerver in de nacht,
die vroeg om onderdak en brood
die nog steeds op ons medeleven wacht
en nog steeds verkeert in nood?