Drie kruizen op die heuvel naast elkaar
Drie mensen zijn daaraan genageld
De rechter zegt men is een moordenaar
De linker voor terreur terechtgesteld

De middelste streed slechts voor recht en vrede
Hij stond voor opruiing en onrust terecht
De drieschaar zag daarin voldoende rede
En heeft Hem voor Godslaster en leugen berecht

Hij stierf voor hen beiden naast Hem aan het kruis
Voor hem die Hem beleed ter rechterhant
Hij noodde Hem te volgen naar Zijn Vaders huis
Maar ook strijdend voor hem aan de andere kant.